Wet Basisregistratie Personen
Zojuist hebben we ons verdiept in de belangrijkste punten uit de AVG-wetgeving. Na de korte pauze is het nu tijd om de volgende wet rondom privacy te behandelen die voor gemeenten van belang is: de Wet Basisregistratie Personen.
De Wet Basisregistratie Personen regelt dat gemeenten verantwoordelijk zijn voor het bijhouden van de Basisregistratie Personen (BRP): een centrale database met persoonsgegevens van de inwoners van Nederland. Een wijziging in de persoonlijke situatie van een persoon (bijvoorbeeld een huwelijk, verhuizing of de geboorte van een kind) wordt door de gemeente vastgelegd in dit register. Bij een verhuizing naar een andere gemeente gaan de gegevens in het BRP mee naar de nieuwe gemeente.
De persoonsgegevens van mensen die naar het buitenland zijn verhuisd, worden bijgehouden in een apart deel van het BRP: de Registratie Niet-Ingezetene (RNI). Ook mensen die korter dan vier maanden in Nederland verblijven (bijvoorbeeld voor werk of studie) kunnen hier geregistreerd worden. Op deze manier kunnen zij een burgerservicenummer krijgen.
Het BRP en privacy
In het BRP zijn persoonsgegevens van miljoenen Nederlanders opgeslagen. Het waarborgen van privacy van inwoners is dan ook een belangrijk onderdeel van de wet.
Zo kunnen alleen organisaties met een publieke of maatschappelijke taak toegang krijgen tot de gegevens in het BRP. Denk hierbij aan gemeenten, het CBR, pensioenuitvoerders of ziekenhuizen. Zij krijgen alleen de noodzakelijke gegevens voor hun taak te zien. Voor welke taken een organisatie gegevens krijgt en welke informatie dit precies is, is vastgelegd in een autorisatiebesluit. Op de website van de Rijksdienst voor identiteitsgegevens kun je de besluiten van alle organisaties met toegang tot het BRP vinden. Welke organisatie welke informatie uit het BRP heeft geraadpleegd, wordt vastgelegd en voor 20 jaar bewaard.
Indien de gegevens van inwoners in het BRP incompleet zijn, kunnen zij aan de betreffende gemeente vragen om de gegevens aan te passen. Inwoners kunnen de gemeente niet verzoeken om hun informatie uit het BRP te verwijderen, omdat informatie in het BRP voor altijd wordt bewaard. Het eerdergenoemde recht op vergetelheid (artikel 17 van de AVG) is dus niet van toepassing op de BRP.
Daarnaast houdt de eerdergenoemde Autoriteit Persoonsgegevens toezicht op de Wet BRP en controleert of gemeenten zich aan de wet houden als ze persoonsgegevens gebruiken.
Het BRP en het sociaal domein
Wanneer je als consulent of backofficemedewerker bij een gemeente werkt en bijvoorbeeld de Participatiewet of Jeugdwet uitvoert, krijg je ook autorisaties om het BRP te raadplegen. Het is immers van belang dat je de juiste persoonsgegevens gebruikt. Het BRP heeft vaak ook een koppeling met het systeem, waarin jij als consulent rapporteert en zaken vastlegt.
Je krijgt alleen autorisaties voor zaken die je voor het uitvoeren van je functie nodig hebt (zoals ook in de Wet Basisregistratie Personen is vastgelegd). Over het algemeen zijn dat gegevens over de basispersoonsgegevens, het verblijfsadres en de gezinssamenstelling. Andere gegevens krijg je niet te zien. Van jou als consulent wordt verwacht dat je zeer zorgvuldig omgaat met het raadplegen en dat je geen misbruik maakt van je toegang tot het BRP.
Check, dubbelcheck
- Ik weet wat de Basisregistratie Personen is.
- Ik weet dat het genoemde recht van vergetelheid uit de AVG niet van toepassing is op het BRP.
- Ik weet hoe er binnen het sociaal domein gebruik wordt gemaakt van het BRP.