Evaluatie en speculatie steunmaatregelen
Door: Maaike Ariaans, Lisa Vermeulen en Evy Reinders
Gemeenten zijn nu ruim een jaar bezig met de uitvoering van de TOZO en sinds kort ook de TONK. Contactberoepen mogen weer (aangepast) uitgeoefend worden, steeds meer scholieren mogen (vaker) naar school en de horeca mag voorzichtig haar terrassen weer openen. Na ruim een jaar TOZO en een aantal maanden TONK evalueert Yong deze twee door de gemeente uitgevoerde corona steunmaatregelen . Hoe is de uitvoering van de TOZO en TONK (tot nu toe) verlopen?
TOZO
De TOZO kan bestaan uit een uitkering levensonderhoud en/of een lening bedrijfskapitaal. Het betreft een noodregeling die door de overheid in kort tijdsbestek is ontworpen met als doel om ondernemers die minder (of geen) inkomsten genereerden vanwege de coronacrisis te ondersteunen.
Toen ondernemers hun jaaropgaven van de gemeenten ontvingen bleek dat de communicatie over de belastingheffing van TOZO 1 niet duidelijk te zijn geweest. Ondernemers werden onaangenaam verrast door de jaaropgaven die zij ontvingen van de gemeenten. Daarop zagen zij namelijk dat de helft van de TOZO uitkering aan de partner toebedeeld werd. Dit zorgde voor verwarring, omdat er bij TOZO 1 geen sprake was van een partnertoets. Wel is het zo dat de Tozo uitkering door beiden partners aangevraagd (en ondertekend) moest worden. Voor vele echtparen kwam de jaaropgave echter als een verrassing, en viel de belastingaanslag hoger uit dan verwacht.
Door de invoering van de partnertoets was dit probleem bij TOZO 2, 3 en 4 van de baan. Maar een nieuw probleem stak de kop op; bij de controle van de TOZO regeling blijkt de TOZO uitkering vaak terugbetaald moet worden. Reden hiervoor is dat bepaalde binnengekomen bedragen – denk bijvoorbeeld aan uitkeringen (van partners) – niet als inkomen op zijn gegeven, terwijl dit wel had gemoeten. Mogelijke verklaring hiervoor is dat de doelgroep van de Tozo relatief minder ervaring heeft met (het aanvragen van) bijstandsregelingen en niet wist dat zij dit op moesten geven. Het komt voor Tozo-aanvragers dan ook vaak onverwacht dat er achteraf geld teruggevorderd wordt.
Uit bovenstaande voorbeelden is een rode draad te herleiden: voor TOZO-aanvragers lijkt de Tozo mooier gepresenteerd dan deze regeling daadwerkelijk uitvalt. En niet alleen de TOZO-aanvragers zelf zijn kritisch. Ook Tweede Kamerleden zijn kritisch over de TOZO, zoals bijvoorbeeld te lezen is in vragen van de Kamerleden Paul Smeulders (Groenlinks) [1] en Steven van Weyenberg (D66)[2].
TONK
Parallel aan de TOZO loopt sinds maart 2021 de TONK. In tegenstelling tot de TOZO is de TONK niet alleen bedoeld voor ondernemers, maar voor iedereen die financieel getroffen is door de coronacrisis. Gemeenten hebben wat betreft het inrichten van de TONK regeling beleidsvrijheid. Dit brengt ons bij het belangrijkste argument van critici: de hoogte van de TONK uitkering kan behoorlijk verschillen tussen verschillende gemeenten. Voor de aanvragers is dit verschil moeilijk uit te leggen, want waarom is de TONK regeling voordeliger in gemeente A dan in gemeente B? En waarom komen aanvragers wel in aanmerking bij gemeente C maar niet bij hun eigen gemeente?
Daarnaast is ook deze regeling gecommuniceerd als een reddende noodregeling voor de vele inwoners die financieel getroffen zijn door de coronacrisis. Veel gemeenten hadden zich dan ook voorbereid op een hoos aan aanvragen. Landelijke cijfers laten zien dat deze is uitgebleven. Het vermoeden bestaat dat mogelijke aanvragers bang zijn om geld terug te moeten betalen, net zoals bij de TOZO. Ook de berichtgeving over de boodschappen- en toeslagenaffaire speelt hierbij vermoedelijk een rol.
Van steun naar herstel
En de toekomst dan? Hoewel er nu versoepelingen zijn voor de ondernemers, kunnen zij nog niet zomaar hun hoofd boven water houden. Op 27 mei heeft het kabinet dan ook aangekondigd[3] de steunmaatregelen te verlengen in het derde kwartaal van 2021. Maar: wanneer is het tijd om over te gaan van steunbeleid op herstelbeleid? Directeur van het Centraal Planbureau (CPB), Pieter Hasekamp, is van mening dat er zo snel mogelijk overgegaan moet worden op herstelbeleid[4]. Dit komt ook in het briefadvies[5] over herstelbeleid van het CPB naar voren. Met de aankondiging dat de steunmaatregelen nog drie maanden verlengd worden, lijkt het herstelbeleid echter nog even op zich te laten wachten. Het kabinet heeft hierbij echter wel aangegeven in het vierde kwartaal van plan te zijn af te bouwen. Zal dit ook echt gaan gebeuren? Daar kan op dit moment niemand zekerheid over geven, maar wij voorspellen voorzichtig van wel. Tenminste, als het kabinet de lijn van versoepelingen doorzet.
Wat we wél zeker weten is dat dit een interessante tijd is om in het Sociaal Domein te werken.
[1] https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/kamervragen/detail?id=2021Z03982&did=2021D08715
[2] https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/kamervragen/detail?id=2021Z06991&did=2021D15635
[3] https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2021/05/27/kamerbrief-over-steun–en-herstelpakket-in-het-derde-kwartaal-van-2021
[4] https://www.cpb.nl/column-de-steun-moet-een-keer-stoppen
[5] https://www.cpb.nl/briefadvies-planbureaus-voor-herstelbeleid-een-doorstart-van-de-samenleving