Wat zijn de effecten van het abonnementstarief in de Wmo voor gemeenten?
Door: Marloes van Hattem, Vonne Claessens, Felix van den Belt & Nienke Dalinghaus
Per 1 januari 2019 is het abonnementstarief vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) van kracht. Dit houdt in dat inwoners die gebruikmaken van een Wmo maatwerk- of algemene voorziening, een eigen bijdrage moeten betalen. Het inkomen of vermogen heeft hier geen invloed op. Het CAK int dit abonnementstarief voor gemeenten.
Wat zijn de gevolgen van deze invoering? In deze blog zoomen we in op de effecten van de invoering van dit abonnementstarief voor gemeenten én inwoners.
Wat is er veranderd?
Vóór 2019 betaalden inwoners een inkomensafhankelijke eigen bijdrage voor voorzieningen vanuit de Wmo. Dat kon bij gebruik van meerdere voorzieningen oplopen tot een fors bedrag. Wie meer inkomen had, betaalde ook meer. Vanaf 2019 is het abonnementstarief ingevoerd: inwoners betaalden per vier weken een eigen bijdrage van € 17,50,-. Vanaf 2020 betaalt iedere inwoner per maand € 19,-, onafhankelijk van inkomen, vermogen of het gebruik van meerdere voorzieningen.
De achterliggende gedachte van de verandering
De reden voor de invoering van het abonnementstarief is dat de overheid iets wil doen aan de stapeling van kosten. Ouderen, gehandicapten en chronisch zieken kregen vóór 2019 vaak te maken met hoge kosten en een wirwar aan regels. Denk hierbij aan het eigen risico in de zorg en de eigen bijdrage voor de Wmo. Daarnaast wil de overheid met de invoering van het abonnementstarief voorkomen dat mensen zorg gaan mijden door te hoog oplopende kosten.
Wat zijn de effecten?
Met de invoering van het abonnementstarief vrezen gemeenten voor een aanzuigende werking op Wmo voorzieningen en een stijging van de kosten. De Monitor abonnementstarief moet de effecten hiervan in de gaten houden en inzichtelijk maken wanneer bijsturing nodig is. In oktober 2020 is een rapportage gepubliceerd met de effecten van de invoering in 2019.
Een aantal opvallende bevindingen die naar voren komen uit de Monitor:
Toename aantal meldingen en Wmo voorzieningen
Sinds de invoering van het abonnementstarief is er bij meerdere gemeenten sprake van een toename in het aantal Wmo meldingen en aanvragen. Dit zorgt voor een hogere werkdruk.
De toename is in lijn met de stijging die in de afgelopen jaren reeds plaatsvond. Echter is de stijging van het aantal toegekende Wmo voorzieningen sinds de invoering van het abonnementstarief nog verder gestegen: waar er in 2018 (t.o.v. 2017) een stijging was van 4% van het totaal aantal toegekende Wmo voorzieningen, is deze stijging in 2019 (t.o.v. 2018) verder opgelopen tot 6%. De sterkste toename van Wmo aanvragen is te zien bij hulp bij het huishouden. Waar hier in de periode van 2017 tot 2018 nog een daling in het aantal aanvragen plaatsvond, was er in 2019 (t.o.v. 2018) een stijging te zien van 12%.
Er zijn relatief gezien meer Wmo voorzieningen verstrekt aan mensen met een hoger (huishoud)inkomen
Sinds de invoering van het abonnementstarief doen midden- en hogere inkomensklassen vaker beroep op de Wmo dan voorheen. Ook hier is voornamelijk een stijging te zien in het aantal aanvragen voor huishoudelijke hulp. In absolute zin is de toename in het gebruik van Wmo-voorzieningen voornamelijk toegenomen bij de middeninkomens; de groep gebruikers met de hoogste inkomens blijft – absoluut gezien – een kleine groep.
De toename onder midden- en hogere inkomensklassen zou verklaard kunnen worden doordat de eigen bijdrage voor deze inkomensklassen lager is dan de voorheen inkomensafhankelijke bijdrage of de kosten van een particuliere hulp of voorziening. Een Wmo voorziening is daardoor financieel aantrekkelijker geworden.
Uitgaven aan Wmo voorzieningen zijn gestegen
De gemeentelijke inkomsten uit eigen bijdragen zijn in 2019 voor de helft gedaald ten opzichte van het jaar ervoor. Tegelijkertijd zijn de uitgaven aan Wmo voorzieningen gestegen met 10% ten opzichte van 2018. Het verschil tussen inkomsten uit eigen bijdragen en uitgaven is hierdoor groter geworden. Gemeenten geven de invoering van het abonnementstarief en daarmee de stijging van het aantal aanvragen aan als grootste verklaring.
Het abonnementstarief staat haaks op de eigen kracht van inwoners en hun netwerk
Bij de beoordeling van een Wmo vraag speelt onderzoek naar de eigen kracht en netwerk een belangrijke rol. Volgens gemeenten staat de invoering van het abonnementstarief hier haaks op. Doordat de hoogte van de eigen bijdrage voor een deel van de inwoners lager is, merken gemeenten dat de drijfveer om een beroep te doen op de eigen kracht en netwerk steeds kleiner en het aanvragen van een Wmo voorziening groter.
Tot zover zijn de effecten van het abonnementstarief slechts tot en met 2019 onderzocht. Op dit moment kunnen we nog geen conclusies trekken over de effecten van het abonnementstarief in 2020. De resultaten worden de komende jaren gemonitord om de effecten van het abonnementstarief in de gaten te houden.