Yong
  • Home
  • Wie is Yong
    • Concept
    • Ons team
  • Opdrachtgevers
    • Projecten
    • Ervaringen
  • Professionals
    • Bij ons werken
    • Blogs
  • Leren & Ontwikkelen
    • Inspiratiedagen
    • Trainingen
  • Contact
  • Menu Menu

De Abbb niet in de Awb

Naast de beginselen van de Algemene beginselen van behoorlijk bestuur (Abbb) die in de Algemene wet bestuursrecht (Awb) staan, zijn er ook beginselen die niet in deze wet of in een andere wet zijn vastgelegd. Er zijn ook Abbb’s die voortkomen uit uitspraken van de rechtbank, oftewel uit jurisprudentie. De volgende beginselen komen voort uit jurisprudentie: 

  • Legaliteitsbeginsel 
  • Rechtszekerheidsbeginsel 
  • Gelijkheidsbeginsel 
  • Vertrouwensbeginsel 

Het legaliteitsbeginsel houdt in dat de bevoegdheid die een bestuursorgaan uitoefent een basis moet hebben in de wet.  

Het rechtszekerheidsbeginsel beschrijft dat een bestuursorgaan rechtsregels consequent moet toepassen, zonder willekeur. Bovendien moet een bestuursorgaan ervoor zorgen dat een besluit duidelijk is voor burgers zodat die weten waar ze aan toe zijn.  

Voorbeeld van het schenden van het rechtszekerheidsbeginsel 

Een gemeente hanteert bij het toekennen van hulp bij het huishouden het uitgangspunt dat inwoners moeten aantonen dat zij financieel niet in staat zijn om zelf hulp bij het huishouden te betalen. De inwoner gaat in bezwaar en krijgt gelijk. Het besluit wordt teruggedraaid, omdat financiële aspecten niet meegewogen mogen worden. De gemeente wijzigt alleen dit besluit, maar blijft de regel hanteren bij nieuwe aanvragen. Dit is een schending van rechtszekerheidsbeginsel. 

Volgens het gelijkheidsbeginsel moeten gelijke gevallen gelijk behandeld worden. Als er wel afgeweken wordt van een eerdere aanpak (zoals voortschrijdend inzicht of beleidswijzigingen), moet een bestuursorgaan goed motiveren waarom er anders wordt gehandeld dan in een vergelijkbaar geval. In de praktijk blijkt een beroep op het gelijkheidsbeginsel lastig, omdat er niet snel sprake is van exact gelijke gevallen en omstandigheden.  

Volgens het vertrouwensbeginsel moet je als burger kunnen vertrouwen dat een bestuursorgaan zich aan het beleid houdt en afspraken nagaat. Als een bestuursorgaan vertrouwen opwerkt door een toezegging te doen, moet dat gehonoreerd worden als er bij de burger gerechtvaardigde verwachtingen zijn ontstaan volgens het vertrouwensbeginsel.  

Achtergrondinformatie: In de uitvoering van het sociaal domein wil het vertrouwensbeginsel nog wel eens een dingetje zijn. Het is belangrijk dat een consulent in het gesprek heel goed nadenkt over wat hij zegt over een eventueel besluit. De inwoner mag er namelijk op grond van dit beginsel op vertrouwen dat een ‘toezegging’ wordt nagekomen. Er kan nog wel eens wat discussie ontstaan als de inwoner van mening is dat een toezegging is gedaan en de consulent niet de bedoeling heeft gehad om ook echt een toezegging te doen.  

Opdracht: Welk beginsel van de Abbb wordt geschonden? In de tijd van COVID-19 vinden telefonische intakes plaats. De Wmo-consulent belt met een ouder echtpaar. Ze willen graag huishoudelijke hulp van de gemeente. Ze geeft aan dat ‘het helemaal goed gaat komen met de huishoudelijke hulp’, ze gaat het wel ‘even regelen’. Tijdens intern overleg later die week blijkt dat de gemeente ver boven hun budget is gegaan. Alle Wmo-consulenten wordt opgedragen om daar waar het kan te bezuinigen. Indien dit niet gebeurt, kan hun grote, befaamde kerstborrel niet doorgaan. De Wmo-consulent besluit daarom de aanvraag van het echtpaar toch af te wijzen.  

Het verbod op détournement de pouvoir  

Het vertrouwensbeginsel  

Het zorgvuldigheidsbeginsel  

Het fair-play beginsel  

Je zou kunnen stellen dat het vertrouwensbeginsel is geschonden.  

Als een daartoe bevoegd bestuursorgaan vertrouwen opwekt door een toezegging te doen, moet dat gehonoreerd worden als er bij de burger gerechtvaardigde verwachtingen zijn ontstaan. In dit geval heeft de Wmo-consulent het echtpaar laten weten dat het goed gaat komen met de huishoudelijke hulp en dat het wel geregeld gaat worden. Dat zou je kunnen zien als een toezegging, waardoor er bij het echtpaar de gerechtvaardigde verwachting is ontstaan dat de huishoudelijke hulp verleend zou worden.  

Je zou ook kunnen stellen dat er hier sprake is van schending van het fair-play beginsel. Een bestuursorgaan mag een bevoegdheid enkel uitoefenen voor het doel waarvoor deze is verleend (artikel 3:3 uit de Awb). In dit geval mocht het bestuursorgaan de aanvraag voor huishoudelijke hulp alleen afwijzen om redenen die met de aanvraag te maken hebben. Dat lijkt hier zeker niet het geval.  

Kortom, heel wat regels, zowel geschreven als ongeschreven, waar de overheid zich aan moet houden. Zo weet zowel de overheid als de burger wat ze van elkaar kunnen verwachten. 


Check, dubbelcheck

  • Ik ken de algemene beginselen van behoorlijk bestuur die niet in de wet staan. 
  • Ik snap de beginselen die hier besproken zijn. 

De Abbb in de Awb

Verschillende beginselen van de Algemene beginselen van behoorlijk bestuur (Abbb) zijn terug te vinden in de wet, zoals in de Algemene wet bestuursrecht (Awb) die we in deze module hebben gezien. Als het goed is, heb je er al een paar kunnen vinden. De beginselen in de Awb zijn: 

  • Zorgvuldigheidsbeginsel 
  • Motiveringsbeginsel 
  • Fair-play beginsel 
  • Verbod op misbruik van bevoegdheid (of: détournement de pouvoir) 
  • Evenredigheidsbeginsel 

Een bestuursorgaan moet zich houden aan het zorgvuldigheidsbeginsel. Dit betekent dat een bestuursorgaan zorgvuldig te werk moet gaan voordat het een besluit neemt door relevante feiten te verzamelen, belangen af te wegen en procedureregels te volgen. Herkenbaar? Het voorbereiden van een besluiten, verzamelen van feiten en het afwegen van belangen staat namelijk in hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4 van de Awb (artikel 3.2, 3.9, 3.13, 4.7 en 4.8).  

Achtergrondinformatie: Het werken voor de overheid moet in alle gevallen zorgvuldig gebeuren. Een bijstandsgerechtigde kan bijvoorbeeld vragen om inzage in zijn dossier en zo checken of alle documenten erin zitten en of alle feiten zijn meegewogen bij de besluiten. 

Volgens het motiveringsbeginsel moet een besluit van een bestuursorgaan altijd goed gemotiveerd zijn: de feiten moeten kloppen en de motivering moet logisch en begrijpelijk zijn. In sommige gevallen kan de motivering achterwege blijven als hier redelijkerwijs geen behoefte aan is. De basis van het motiveringsbeginsel hebben vinden we in artikel 3.46-3.50 van de Awb. 

Achtergrondinformatie: Het motiveringsbeginsel is één van de belangrijkste Abbb’s van de uitvoering binnen het sociaal domein. De inwoner heeft er recht op dat in een beschikking (je weet toch nog steeds wel wat dat is, toch? 😊) goed wordt gemotiveerd waarom er juist dit besluit is genomen. Vaak worden de wetsartikelen genoemd, maar eigenlijk is het nog veel belangrijker dat in woorden wordt uitgelegd in de inwoner waarom dit besluit genomen is. Het komt nogal eens voor in een bezwaarprocedure dat een beschikking onvoldoende gemotiveerd blijkt te zijn. In dat geval krijgt het college (maar via hen jij als uitvoerder) de opdracht om dat nog maar eens over te doen. 

Het fair-play beginsel betekent dat het bestuursorgaan diens taak vervult zonder vooringenomenheid. Dit houdt in dat een besluit eerlijk behandeld moet worden, zonder dat personen met een persoonlijk belang invloed hebben op de besluitvorming. Dit is te zien in artikel 2.4 van de Awb. 

Volgens de algemene beginselen van behoorlijk bestuur geldt er een verbod op misbruik van bevoegdheid (of détournement de pouvoir). Dit betekent dat een bestuursorgaan de bevoegdheid tot het nemen van een besluit alleen mag gebruiken voor het doel waarvoor het verleend is, aldus het verbod op misbruik van bevoegdheid en artikel 3.3 van de Awb. 

Achtergrondinformatie: Zelfs na heel lang Googelen en nadenken, hebben we nog geen duidelijk voorbeeld gevonden uit de praktijk van het sociaal domein. Een beginsel uit de Algemene verordening gegevensbescherming (Avg), namelijk doelbindingsbeginsel, lijkt wel veel op dit beginsel en komt juist wel vaak voor. Het doelbindingsbeginsel betekent dat je informatie die je hebt gekregen niet (zondermeer) mag gebruiken voor een ander doel. De informatie die je krijgt in het kader van een melding Jeugdwet, mag niet ook gebruikt worden voor de Participatiewet of de Wet maatschappelijke ondersteuning. Het toverwoord is hier natuurlijk transparantie en overleg. In overleg met de inwoner zal er juist wel heel veel mogelijk zijn. 

Het vijfde en laatste beginsel van behoorlijk bestuur dat we vinden in de Awb is het evenredigheidsbeginsel. Dit wordt ook wel het verbod op willekeur genoemd. Volgens het evenredigheidsbeginsel moeten de negatieve gevolgen van een besluit evenredig zijn en zo veel mogelijk beperkt blijven. Dit is te lezen in artikel 3.4 van de Awb. 

Al met al zijn er toch heel wat regels waar bestuursorganen zich aan moeten houden, maar we zijn nog niet klaar. Op naar de rest van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur die niet in de Awb staan. 


Check, dubbelcheck

  • Ik ken de beginselen die in de Awb staan. 
  • Ik weet waar ik de beginselen terug kan vinden in de Awb. 
  • Ik snap de besproken beginselen.

Energizer

Bureauyoga  

Heb je even helemaal genoeg van de Awb of last van een stijve nek of schouders? Doe dan mee met deze korte yoga-sessie die je makkelijk kunt doen bij je bureau.

Het ontstaan van de Awb

Voor de komst van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), was het bestuursrecht in Nederland erg verbrokkeld. Met de Awb is hier meer structuur in gekomen. In 1983 begon de voorbereiding op de Awb. Destijds werd Commissie algemene regels van bestuursrecht ingesteld. Ruim tien jaar later, op 1 januari 1994, trad de Awb in werking. De Awb zoals we die nu kennen is destijds niet in één keer ingevoerd, maar in verschillende tranches, oftewel delen. 

Op 1 januari 1994 is de Awb in werking getreden met de eerste twee tranches. In de eerste tranche staan de algemene bepalingen over het verkeer tussen burger en bestuur centraal. Ook besluiten, beschikkingen, bezwaar en beroep en de daar bijhorende normen zijn in deze eerste tranche opgenomen. 

Tegelijkertijd met de eerste tranche is ook de tweede tranche ingegaan. In de tweede tranche staat het gelijktrekken van het bestuursprocesrecht centraal. Hierbij kan je denken aan bijvoorbeeld gelijke regels voor beroep en bezwaar.  

Vier jaar later, op 1 januari 1998, trad de derde tranche in werking. In de derde tranche werden niet alleen de bestaande hoofdstukken aangevuld, maar werden ook voorschriften opgenomen over bestuurlijk toezicht, rechtshandhaving, mandaat en delegatie. 

Meer dan een decennium later, op 1 juli 2009, is de vierde tranche van de Awb ingegaan. De vierde tranche gaat over bestuurlijke boetes, waarbij niet alleen de belastingplichtige maar ook de medeplichtigen zoals adviseurs beboet kunnen worden. 

En daarmee is de Awb geworden zoals we die nu kennen. Nog niet een exact beeld van wat er nou in de Awb staat? Geen probleem, daar gaan we hierna namelijk mee aan de slag.  


Check, dubbelcheck

  • Ik weet wanneer de Awb in werking is getreden. 
  • Ik weet wat er bedoeld wordt als er gesproken wordt over bijvoorbeeld de derde tranche in het kader van de Awb.
  • Ik kan de vier grote brokstukken (tranches) van de Awb benoemen. 

Het doel van de Awb

De Algemene wet bestuursrecht (Awb) is niet zomaar ingevoerd. De Awb had vier doelstellingen: creëren van eenheid, systematiseren en vereenvoudigen, codificeren en algemeen door aard. We leggen ze hieronder uit. 

De eerste doelstelling van de Awb is het creëren van eenheid in het Nederlandse bestuursrecht. Door het creëren van eenheid door bijvoorbeeld termijnen voor beroep en bezwaar gelijk te trekken, kan de wetgeving duidelijker worden. Eenheid maakt de wetgeving niet alleen duidelijker, het zorgt er ook voor dat tijd en werk bespaard kan worden bij het opstellen van bijzondere wetten.  

De tweede doelstelling van de Awb is het systematiseren en vereenvoudigen van de bestuurlijke wetgeving. Door systematisering wordt de kans op gebreken en onvolledigheden verminderd. Wanneer er bijvoorbeeld (in theorie) in een bijzondere wet zoals de socialezekerheidswetgeving een regeling ontbreekt over het niet nemen van een beslissing op een aanvraag, kan een algemene wet zoals de Awb gebruikt worden om die onvolledigheid op te vullen.  

De derde doelstelling van de Awb is codificeren van jurisprudentie. Codificeren betekent vastleggen van normen uit de rechtspraak in een wetboek of wettekst. Door de codificatie van jurisprudentie wordt de kenbaarheid van het recht bevordert en daarmee ook de rechtszekerheid.  

De laatste doelstelling van de Awb is algemeen door aard. Dit betekent dat in de Awb voorzieningen kunnen worden getroffen die een algemene regeling nodig hebben en niet een regeling in een bijzondere wet. Een voorbeeld van een algemene regeling is artikel 2.3 van de Awb die beschrijft dat wanneer een bestuursorgaan een geschrift ontvangt dat gericht is aan het verkeerde orgaan, dit orgaan dit door moet sturen naar de juiste instantie. 


Check, dubbelcheck

  • Ik kan de vier doelstellingen van de Awb opnoemen. 
  • Ik snap wat de vier doelstellingen van de Awb inhouden. 

Pagina’s

  • Aanmelden inspiratiedagen
  • Aanmelden ontbijt Yong-LCGW Inspiratiedag 7 oktober 2022
  • Aanmelden Yong Netwerk Courant
  • Alemke van Baren
  • Amber Cové
  • Basis sociaal domein
  • Beleid
  • Bij ons werken
  • Bij ons werken – vacature jeugdconsulent
  • Bij ons werken – vacature yong professional
  • Blogs
  • Concept
  • Contact
  • Cookiebeleid
  • Disclaimer
  • Esmee de With
  • Evy Reinders
  • Ex-Yong Professionals
  • Felix van den Belt
  • Femke Masselink
  • Geoffrey Schell
  • Harm Luursema
  • Heleen Vermeulen
  • Home
  • Irma Ramackers
  • Jacintha Schuurman
  • Jeugdwet
  • Josta Meijers
  • Jurre van der Velden
  • Juul van der Velde
  • Kwaliteit
  • Leren & Ontwikkelen
  • Linde van Triest
  • Lisa Vermeulen
  • Loes Schurink
  • Luc Parie
  • Maaike Ariaans
  • Maaike den Bakker
  • Maaike van Kalmthout
  • Management
  • Marloes van Hattem
  • Merel Steenkamp
  • Merel van Veen
  • Nathalie Rozenveld
  • Nienke Dalinghaus
  • Nikki Keuper
  • Onderzoek/Projecten
  • Online Leeromgeving Divosa
  • Online Leeromgeving gemeente Breda
  • Online Leeromgeving gemeente Lingewaard
  • Online Leeromgeving gemeente Nijmegen
  • Online Leeromgeving gemeente Overbetuwe
  • Online Leeromgeving gemeente Renkum
  • Online Leeromgeving Yong
  • Ons team
  • Ons verhaal
  • Opdrachtgevers
  • Overig
  • Participatiewet
  • Paulien Dekkinga
  • Privacyverklaring
  • Professionals
  • Projectenoverzicht
  • Sam Mulder
  • Solliciteer bij Yong
  • Sophia Murris
  • Testimonials
  • Trainingen
  • Uitvoering
  • Vonne Claessens
  • Wmo
  • Yong netwerk
  • Yong-LCGW Inspiratiedagen

Categorieën

  • Blog
  • In gesprek met een Yong professional
  • Kiescompas
  • Zomerblogs

Archief

  • juli 2021
  • juni 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • oktober 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • december 2019
  • juli 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • februari 2019
  • juli 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • Home
  • Disclaimer
  • Privacyverklaring
  • Cookiebeleid
  • Contact

Yong in de sociale media

Yong Linkedin

YONG BV

Jan Steenlaan 127
6717 TB Ede
06 - 28 08 20 50
06 - 52 46 24 48
info@yong.nl
© 2018 - Yong | Webdesign: Vindingrijck - Creatief in Media
Instant SSL
Scroll naar bovenzijde