Jeugdhulp en strafrecht
Wanneer een jeugdige van 12 jaar of ouder berecht wordt vanuit het jeugdstrafrecht kunnen zij naast een straf (jeugddetentie) ook een maatregel en jeugdhulp opgelegd krijgen. De volgende maatregelen zijn hierin mogelijk:
- Jeugdreclasseringsmaatregel
- PIJ-maatregel (plaatsing in een justitiële jeugdinrichting)
- Gedragsbeïnvloedende maatregel
We zullen nu bespreken wanneer het jeugdstrafrecht van toepassing is, wat de maatregelen inhouden en hoe de jeugdhulp in het kader van het jeugdstrafrecht afwijkt van reguliere hulp.

Jeugd- of volwassenstrafrecht
Jeugdigen zijn cognitief nog niet volledig ontwikkeld en kunnen daarom niet altijd de gevolgen van hun gedrag overzien. Vandaar dat er voor jeugdigen van 12 t/m 18 jaar de mogelijkheid bestaat tot veroordeling binnen het jeugdstrafrecht. Het doel van jeugdstrafrecht is niet alleen straffen, maar ook zorgen dat de jeugdige leert van zijn fout(en) en deze niet zal herhalen (recidive).
Waar de ontwikkeling van een jeugdige zich bevindt, verschilt van persoon tot persoon. De rechter kan er daarom ook voor kiezen om via het adolescentiestrafrecht (ASR) het jeugdstrafrecht toe te passen op iemand van 18 t/m 23 jaar, wanneer dit aansluit bij het ontwikkelingsniveau van de jeugdige. Andersom kan op basis van het ASR ook een volwassenstraf toegepast worden vanaf 16 jaar als blijkt dat iemand in ontwikkeling ver genoeg is of het misdrijf te ernstig van aard is. De RvdK en de jeugdreclassering kunnen op verzoek van de rechter adviseren over het toe te passen recht.

Reclassering
In het jeugdstrafrecht kan de rechter begeleiding door een jeugdreclasseringswerker van een GI – oftewel jeugdreclassering – opleggen. Het doel van de jeugdreclassering is voorkómen dat jeugdigen tot meer en zwaardere criminaliteit vervallen. De begeleiding bestaat uit het ondersteunen bij het nakomen van de voorwaarden die de rechter heeft opgelegd. Ook kunnen zij het naleven van een gebiedsverbod middels een elektronische enkelband controleren.
Vormen van jeugdreclasseringsmaatregelen:
- Reguliere jeugdreclassering: Samen met de jeugdige wordt een plan van aanpak opgesteld om de negatieve spiraal te doorbreken en recidive te voorkomen.
- Individuele Traject Begeleiding – Criminaliteit in Relatie tot de Integratie van Etnische Minderheden: Een traject specifiek gericht op jeugdigen met een niet-westerse achtergrond die een licht vergrijp hebben begaan. De begeleiding heeft extra aandacht voor het leven tussen twee culturen en de uitdagingen van integreren.
- Individuele Traject Begeleiding – Harde Kern: Voor jeugdigen die een ernstig strafbaar feit hebben gepleegd en/of al eerder met justitie in aanraking zijn geweest. Deze maatregel wordt opgelegd in plaats van jeugddetentie. Wanneer de jongere zich niet aan de afspraken houdt, wordt die alsnog gedetineerd.
De jeugdreclassering wordt uitgevoerd door een GI. Zoals je al eerder hebt geleerd, kunnen zij waar nodig aanvullende jeugdhulp inzetten voor jeugdigen die zij begeleiden.
Gedragsbeïnvloedende maatregel
Een gedragsbeïnvloedende maatregel is gericht op heropvoeding van de jeugdige om verder afglijden te voorkomen en bij te dragen aan verdere ontwikkeling. De vrijheid wordt beperkt maar de jeugdige hoeft niet naar een justitiële jeugdinrichting (JJI). Tijdens de maatregel worden er verschillende behandelingen en trainingen gevolgd. Hierbij kun je denken aan omgaan met boosheid of leren nee-zeggen tegen alcohol of drugs. Ter ondersteuning kan de rechter bepalen dat de jeugdige ´s nacht in detentie zit of onder elektronisch toezicht staat.
Jeugddetentie of PIJ-maatregel
Jeugddetentie
Jeugddetentie is een gevangenisstraf voor minderjarigen die een misdrijf hebben gepleegd. Het gaat om een straf en is bedoeld als krachtige correctie. Voor jeugdigen van 12 – 15 jaar bedraagt de maximumstraf 12 maanden. Voor 16- en 17-jarigen is dit maximaal 24 maanden.
De straf wordt uitgezeten in een justitiële jeugdinrichting. Tijdens de straf wordt actief gewerkt aan terugkeer naar de maatschappij. Er wordt een perspectiefplan opgezet met doelen die tijdens de detentie bereikt moeten worden. Er is een verplicht dagprogramma, waarbij ook onderwijs gevolgd wordt.
PIJ-maatregel
Naast of in plaats van jeugddetentie kan ook een maatregel tot plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (PIJ-maatregel) opgelegd worden wanneer er bij de jeugdige sprake is van een gebrekkige ontwikkeling of een ziekelijke stoornis. Dit is de zwaarste strafrechtelijke maatregel voor jeugdigen. Het is vergelijkbaar met TBS voor volwassenen en wordt daarom ook wel in de volksmond jeugd-TBS genoemd. Wanneer ook jeugddetentie is uitgesproken, moet deze eerst worden ‘uitgezeten’.
Een PIJ-maatregel bedraagt minimaal 2 jaar en kan worden verlengd als er sprake is van een gewelds- of zedendelict. De totale maximale duur is 6 jaar, maar als de veiligheid van de maatschappij dit vraagt kan na de maximale duur van de maatregel deze worden omgezet in terbeschikkingstelling (TBS).
De voornaamste doelen van de PIJ-maatregel zijn behandeling en (her)opvoeding van de jeugdige. Daarnaast is bescherming van de maatschappij een belangrijk doel.
Jeugdhulp in het kader van het jeugdstrafrecht
Jeugdhulp in het kader van het jeugdstrafrecht heeft zoals je wel hebt gezien een ander uitgangspunt dan reguliere jeugdhulp. Binnen het jeugdstrafrecht gaat het om het voorkómen van recidive en risicogericht behandelen. Binnen de reguliere jeugdhulp is het oplossen van een probleem of behandeling voor een stoornis doorgaans het doel.
In het strafrechtelijke kader wordt vaak systeemgerichte jeugdhulp ingezet, waarbij alle personen uit het gezin van de jeugdige bij de behandeling worden betrokken. De zorg wordt door specialistische forensische aanbieders geleverd. Daarnaast zie je vaak dat er een Scholings- en trainingsprogramma (STP) wordt ingezet vanuit de Jeugdwet om de jeugdige voor te bereiden op terugkeer in de maatschappij. Daarnaast is hulp vaak een voorwaarde voor (voorwaardelijke) vrijlating aan het einde van de detentie. Een jeugdige moet bijvoorbeeld verplicht behandeld worden of begeleid wonen. Zolang dit nog onderdeel is van de maatregel, dan is dit jeugdhulp. Zowel functionarissen binnen de justitiële jeugdinrichting, het Openbaar Ministerie, de Rechter en de Jeugdreclassering (GI) kunnen bepalen welke hulp nodig is.
De gemeente heeft geen inspraak in de inzet van de jeugdhulp, maar is wel financieel verantwoordelijk. Daarnaast is de gemeente natuurlijk verantwoordelijk om te zorgen dat er voldoende aanbod is voor deze doelgroep. Vaak vraagt dit om maatwerk en is dit niet 1,2,3 geregeld. Daarom is het belangrijk dat de JJI en GI tijdig met de juiste gemeente schakelen om de hulp te organiseren. Is de hulp niet op tijd geregeld dan verhoogt dit de kans op recidive.
Omdat dit een buitengewoon bijzondere categorie van jeugdhulp is roept het vaak veel vragen op. Daarom nog even de belangrijkste opvallendheden op een rijtje:
- Omdat iemand tot 23 jaar berecht kan worden binnen het jeugdstrafrecht, kan de jeugdhulp die in dat kader nodig is dus ook na 23 jaar nog nodig zijn. Er zijn daardoor jeugdigen die tot wel 27 jaar oud jeugdhulp ontvangen in dit kader!
- Alle hulp die nodig is vanuit dit kader is jeugdhulp. Ook als de hulp normaal gesproken onder een andere wet zou vallen. Behandeling valt bijvoorbeeld voor iedereen vanaf 18 jaar onder de Zvw, behalve bij deze categorie jeugdigen. Dan is dit nog steeds Jeugdwet. Daarnaast is begeleid of beschermd wonen vaak een voorwaarde voor jeugdigen voor (voorwaardelijke) vrijlating. Normaal gesproken zou dat onder de Wmo vallen, maar in dit geval valt dat dus ook onder de Jeugdwet! In de praktijk vraag je je collega Wmo waarschijnlijk om te ondersteunen bij het vinden van een juiste plek, maar komt de financiering vanuit het jeugdbudget.
- En dan als laatste het woonplaatsbeginsel. Als een jeugdige in een justitiële jeugdinrichting wordt geplaatst, dan is de gemeente van herkomst verantwoordelijk voor de jeugdhulp. Ook als de jeugdige in een andere gemeente uitstroomt en bijvoorbeeld begeleid gaat wonen, dan blijft de gemeente van herkomst verantwoordelijk zolang de maatregel van kracht is.
Check, dubbelcheck
- Ik weet wanneer het jeugdstrafrecht van toepassing is en ik kan uitleggen wat ASR betekent in dit kader.
- Ik kan de verschillende maatregelen noemen die in het kader van het jeugdstrafrecht uitgesproken kunnen worden.
- Ik kan het verschil benoemen als het gaat om de doelstelling van jeugdhulp in het kader van het strafrecht en reguliere jeugdhulp.