Aanpassen maatregel
Om verschillende redenen kan de gemeente besluiten een maatregel anders op te leggen dan hierboven beschreven. We zullen deze één voor één behandelen.
Recidive
Als iemand voor een tweede keer binnen korte tijd een geüniformeerde verplichting overtreedt, heeft dat invloed op de duur van de maatregel. We hebben gezien dat bij een eerste schending de bijstand wordt verlaagd met 100% voor minimaal één maand en maximaal drie maanden. Een tweede schending – waarbij de eerste schending minder dan een jaar geleden was – wordt gesanctioneerd met een verlaging van 100% voor een langere periode dan bij de eerste schending met een maximum van 3 maanden. Bij elke daar op volgende schending die binnen een jaar van de vorige schending plaatsvindt, zal de maatregel langer zijn dan de vorige. De lengte van de maatregel zal echter nooit de maximale duur van 3 maanden overschrijden.
VOORBEELD
Fatma schendt meerdere keren een geüniformeerde verplichting. Dit gebeurt vijf keer, waarbij er tussen elke schending steeds minder dan een jaar zit. De gemeente waar Fatma woont heeft in de afstemmingsverordening opgenomen dat een eerste schending leidt tot een maatregel van 100% voor een maand. Bij de tweede schending, wordt de bijstand met 100% verlaagd voor een duur van twee maanden. Daarna gaat het steeds om drie maanden.
De maatregel zou dan dus als volgt opbouwen:
Hoogte | Duur | |
Maatregel 1 | 100% | 1 maand |
Maatregel 2 | 100% | 2 maanden |
Maatregel 3 | 100% | 3 maanden |
Maatregel 4 | 100% | 3 maanden |
Maatregel 5 | 100% | 3 maanden |
De duur van een maatregel kan, als dit zo is vastgelegd in de afstemmingsverordening, bij de eerste schending meteen al 3 maanden zijn. Hoewel er bij daaropvolgende maatregelen sprake kan zijn van recidive, zal de duur dus nooit langer worden.
Inkeerregeling
Waar bij recidive sprake is van meerdere keren een verplichting schenden, kan er ook sprake zijn van inkeer. De gevolgen van een maatregel kunnen beperkt worden door een inkeerregeling. De inkeerregeling houdt in dat een inwoner een verzoek doet aan de gemeente om de maatregel te herzien vanwege inkeer (artikel 18 lid 11 Participatiewet). Inkeer betekent dat uit de houding en het gedrag van een inwoner ondubbelzinnig – duidelijk dus – blijkt dat de inwoner aan de verplichtingen voldoet. Dat is eigenlijk het doel toch? Dat iemand zich (weer) houdt aan de verplichting! J De gemeente zal bij de inkeerregeling bepalen:
- Of het verzoek tot inkeer aan bepaalde criteria voldoet, bijvoorbeeld dat het schriftelijk is ingediend en ondertekend is.
- Of de inwoner op dat moment toch ondubbelzinnig aan de verplichting voldoet.
- Met ingang van wanneer de maatregel wordt herzien.
Samenloop
Het kan ook zo zijn dat de gemeente zich genoodzaakt ziet om meerdere maatregelen op te leggen aan iemand. Dit kan bijvoorbeeld zijn omdat iemand met één daad meerdere verplichtingen overtreedt. Er wordt dan gesproken van een ééndaadse samenloop. Iemand kan ook in een korte periode met meerdere daden meerdere verplichtingen schenden. Dan is er sprake van een meerdaadse samenloop. In haar verordening zal de gemeente moeten vastleggen hoe om te gaan met beide vormen van samenloop. Worden de maatregelen bijvoorbeeld gestapeld of telt alleen de zwaarste?

Dringende omstandigheden
Zoals we hierboven hebben gezien, liggen de hoogte en duur van de verschillende maatregelen vast in de Participatiewet en de gemeentelijke afstemmingsverordening. Er lijkt weinig ruimte voor maatwerk. Met artikel 18 lid 10 heeft de wetgever hier toch ruimte voor opengelaten bij dringende omstandigheden. De dringende omstandigheden moet bij dit artikel ruimer worden opgevat dan bij het opleggen van een boete. De gemeente mag op basis van dit artikel bij het opleggen van een maatregel kijken naar de omstandigheden, de mogelijkheden en middelen van de inwoner. Ze mag in individuele gevallen besluiten een maatregel te verlagen, verkorten of op nul vaststellen. Dit kan bijvoorbeeld wanneer vergroting van de schuldenproblematiek of huisuitzetting dreigt of wanneer de overtreding van de plicht niet evenredig is aan de straf.
Check, dubbelcheck
- Ik weet nog steeds wat recidive is en ik weet ook hoe maatregelen worden aangepast als er sprake is van recidive.
- Ik weet wat een inkeerregeling en dat iemand deze kan aanvragen bij de gemeente.
- De twee soorten samenloop zijn helder voor mij.
- Ik begrijp dat dringende omstandigheden een reden kunnen zijn voor gemeenten om de maatregel aan te passen.