Doelgroep Jeugdwet
Je weet nu hoe de Jeugdwet is ontstaan, welke uitgangspunten aan de wet ten grondslag liggen en welke taken de gemeente heeft bij het uitvoeren van de Jeugdwet. We gaan nu kijken naar de doelgroep van de Jeugdwet. En deze laat zich makkelijk raden, de doelgroep zijn natuurlijk jeugdigen. Wel is hier nog het één en ander over uit te leggen.
Jeugdigen die in Nederland verblijven
De Jeugdwet is van toepassing op in Nederland verblijvende jeugdigen (artikel 1.3, Jeugdwet). Dit kunnen zowel jeugdigen met de Nederlandse identiteit zijn als in Nederland verblijvende jeugdige vreemdelingen. Een vreemdeling is iemand die in Nederland verblijft maar niet de Nederlandse nationaliteit heeft. Dit kunnen jeugdigen zijn die rechtmatig in Nederland verblijven (zij wachten bijvoorbeeld hun asielprocedure af, hebben een verblijfsvergunning of hebben de nationaliteit van een EU-land), maar het kan ook gaan om jeugdigen die illegaal in Nederland verblijven. De Jeugdwet geldt dus voor alle jeugdigen die in ons land verblijven.
De Jeugdwet is dus ook van toepassing op jeugdigen die illegaal in ons land verblijven. Op grond van het Internationale Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK) mag er geen onderscheid gemaakt worden tussen kinderen die rechtmatig in een land verblijven of kinderen die illegaal in een land verblijven. Dit laat zien dat de internationale gemeenschap kinderen te allen tijde wil helpen en beschermen, onafhankelijk van hun nationaliteit of verblijfsstatus. Het gezond en veilig op kunnen groeien moet voor alle kinderen een doel zijn en de wetgeving is zo ingericht dat de Jeugdwet hierin kan ondersteunen.
Kinderen kunnen niet verantwoordelijk gehouden voor de situatie waarin zij belanden, volwassenen wel. Daarom worden volwassenen anders behandeld en wordt er van hen meer verwacht voordat hulp ingezet kan worden. Dit zie je in de Jeugdwet, maar ook bijvoorbeeld de Wmo of de Participatiewet. Toch maakt de Jeugdwet wel onderscheid in het hulpaanbod en zijn er verschillen in de jeugdhulp die verstrekt wordt aan niet rechtmatig in Nederland verblijvende jeugdigen.
Opdracht: Zoek op wat de verschillen in jeugdhulp zijn voor rechtmatig in Nederland verblijvende vreemdelingen en niet rechtmatig in Nederland verblijvende vreemdelingen. Tip: kijk hiervoor naar artikel 1.2 van het Besluit Jeugdhulp (een document waarin bepaalde onderwerpen uit de Jeugdwet nader zijn uitgewerkt.

Spoiler: hieronder volgt het antwoord! Lees dus alleen verder als je zo ver bent. 😊
Voor jeugdhulp aan jeugdigen zonder rechtmatig verblijf in Nederland gelden de volgende beperkingen:
- Zij kunnen slechts jeugdhulp (vrijwillig en gedwongen) ontvangen tot 18 jaar. Voor ouders en jongvolwassenen boven de 18 jaar die niet rechtmatig in Nederland verblijven is geen jeugdhulp mogelijk. Dit in tegenstelling tot rechtmatig in Nederland verblijvende jeugdigen en hun ouders. Hier gaan we zo dieper op in.
- Indien jeugdhulp met verblijf noodzakelijk is, wordt de jeugdige in principe niet bij een pleegouder maar in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder (instelling) geplaatst. Hier kan alleen van afgeweken worden als duidelijk onderbouwd kan worden waarom dit niet in het belang van de jeugdige is. Dit wijkt dus af van de algemene uitgangspunten van de Jeugdwet waarin verblijf in een gezinshuis of pleeggezin de voorkeur geniet boven plaatsing in een instelling.
- Zij ontvangen slechts jeugdhulp voor een half jaar en bovendien moet de duur van de jeugdhulp overeenkomen met de verwachte duur van het verblijf in Nederland. Na dit half jaar wordt beoordeeld of er nog jeugdhulp nodig is. Als blijkt dat jeugdhulp nog nodig is, dan wordt dit wel opnieuw verleend voor weer maximaal een half jaar.
Tot slot een laatste opmerking over dit onderwerp. Als een jeugdige jeugdhulp ontvangt en naar het buitenland verhuist, vervalt het recht op jeugdhulp vanuit de Jeugdwet. De jeugdige verblijft immers niet meer in Nederland en valt dus niet meer onder de doelgroep van de Jeugdwet.

De verschillende doelgroepen van de Jeugdwet toegelicht
Hierboven hebben we toegelicht wat er bedoeld wordt met ‘in Nederland verblijvende jeugdigen’. Daarnaast maakt de Jeugdwet in artikel 1.1 (waar onder andere het begrip jeugdige wordt omschreven) onderscheid tussen verschillende groepen jeugdigen en hun ouders die aanspraak maken op jeugdhulp, kinderbeschermingsmaatregelen of jeugdreclassering. Deze lichten we even toe.
0 – 18 jaar
Jeugdigen van 0 tot 18 jaar kunnen ondersteuning vanuit de Jeugdwet krijgen als zij te maken hebben met opgroeiproblemen, psychische problemen of stoornissen. Meestal stopt de jeugdhulp als jeugdigen 18 jaar oud worden. Als daarna nog hulp nodig is komt dan kan dit vanuit een andere wet, bijvoorbeeld de Zorgverzekeringswet, Wet maatschappelijke ondersteuning of Wet langdurige zorg.
WEETJE
Wist je dat er ook jeugdhulp ingezet kan worden voor ongeboren kinderen? Daarom begint de doelgroep van de Jeugdwet eigenlijk al bij –9 maanden. Het gaat hierbij vaak om opvoedondersteuning voor ouders of kinderbeschermingsmaatregelen.
18 + (verlengde jeughulp)
Vanaf je 18e verjaardag ben je volgens de wet volwassen en stopt in principe de jeugdhulp. Maar zoals wel vaker in gemeenteland zijn er altijd uitzonderingen mogelijk! Het is namelijk in bepaalde situaties mogelijk om jeugdhulp na de 18e verjaardag door te laten lopen. Dit wordt verlengde jeugdhulp genoemd.
We lichten de mogelijkheden even toe.
- 18 – 21 jaar: Ook al is een jongere 18 jaar geworden, betekent dit niet automatisch dat deze jongere qua ontwikkeling en vaardigheden al volledig voor zichzelf kan zorgen. Vooral binnen pleegzorg en gezinshuizen wil je niet dat de jongere op zijn 18e verjaardag ‘op straat’ komt te staan. Daarom is er een bestuurlijke afspraak gemaakt dat voorzieningen voor pleegzorg en gezinshuizen standaard ingezet worden tot de jeugdige 21 jaar wordt. Als een jeugdige dit zelf niet wil, omdat hij bijvoorbeeld op kamers gaat, kan van de verlenging afgezien worden.
- 18 – 23 jaar: Als er na de 18e verjaardag nog een hulpvraag is kan de jeugdhulp onder bepaalde voorwaarden verlengd worden. Dit kan alleen als hulp noodzakelijk is én er géén andere wet is die deze hulp biedt. Hulp die bijvoorbeeld alleen vanuit de Jeugdwet vergoed kan worden is pedagogische gezinsbegeleiding, sommige vaktherapieën of systeemtherapie. Er zitten wel wat regels aan het verlengen van de jeugdhulp na 18 jaar:
- Het moet hulp zijn die al voor het 18e jaar is gestart en waarvan het noodzakelijk is dat deze doorloopt;
- Het is hulp waarvan vóór het 18e jaar besloten is dat deze noodzakelijk is, maar de hulp is nog niet gestart of
- De jeugdhulp is beëindigd vóór het 18e jaar maar het is noodzakelijk om de hulp binnen zes maanden na beëindiging te hervatten.
Je zou zeggen: veel tekst, maar op zich klaar als een klontje. Toch is het in de praktijk een grijs gebied waar vaak discussie over is. In module 4 gaan we hier verder op in.
- 18 – 23+: Tot 23 jaar kunnen jongeren worden veroordeeld in het kader van het jeugdstrafrecht als zij een strafbaar feit hebben gepleegd. Alle hulp die in het kader van de strafrechtelijke beslissing nodig is, valt onder de Jeugdwet. Omdat de straf tot 23 jaar kan worden opgelegd, kan de straf, de jeugdreclassering en de daarbij behorende jeugdhulp tot ná het 23ste jaar doorlopen. Dit gaat vaak om scholings-en trainingsprogramma’s (STP) om jongeren voor te bereiden op hun terugkeer in de maatschappij. Ook een bijzondere is begeleid wonen. Normaal gesproken valt dit onder de Wmo. Maar als een jongere voorwaardelijk vrij komt en begeleid wonen is opgelegd dan is dit jeugdhulp i.h.k.v. het jeugdstrafrecht en is de Jeugdwet financieel verantwoordelijk.
Ouders
Tot slot de laatste doelgroep van de Jeugdwet: ouders. De oorzaak van problemen binnen een gezin hoeft niet altijd bij het kind te liggen. Vaak ligt de hulpvraag juist bij de ouders. Hoe ga ik om met mijn kind met autisme? Of hoe zorg ik dat het veilig is in huis? Ook ouders kunnen dan hulp ontvangen, bijvoorbeeld opvoedondersteuning.
Met ouders wordt in de Jeugdwet bedoeld: een ouder met gezag, stiefouder, adoptieouder of een andere persoon die de jeugdige verzorgt en opvoedt. Pleegouders zijn uitgezonderd van deze definitie in de Jeugdwet en kunnen dus ook geen aanspraak maken op jeugdhulp. De redenatie hierachter is dat pleegouders wel een jeugdige opvoeden in hun gezin, maar voor de ondersteuning zijn aangewezen op de pleegzorgorganisatie met wie zij een contract hebben.

Check, dubbelcheck
- Ik kan uitleggen wat er met ‘in Nederland verblijvende jeugdigen’ bedoeld wordt en weet dat de Jeugdwet op hen van toepassing is.
- Ik heb uitgezocht welke uitzonderingen op het gebied van jeugdhulp gelden voor niet rechtmatig in Nederland verblijvende jeugdigen.
- Ik kan 3 situaties benoemen waarin Jeugdhulp na de 18e verjaardag ingezet of verlengd wordt.
- Ik weet dat ouders ook jeugdhulp kunnen krijgen.